In de week dat koningin Beatrix bekend maakte af te zullen
treden, kreeg ik beelden voor ogen van haar inhuldiging 33 jaar geleden.
Op 30 april 1980, in een halve woning ergens in de Amsterdamse Pijp, werd ik 's
middags wakker van een geluid dat ik niet thuis kon brengen. Nadat ik het
keukenraam open had geschoven, realiseerde ik mij dat het afkomstig was van
helikopters die boven de buurt cirkelden. (Tegenwoordig niet meer weg te
denken, maar die dag medeoorzaak van de grimmige sfeer die bezit nam van de
mensen). Af en toe zwenkten ze af richting Weteringschans en Vijzelgracht,
cirkelden wat rond, keerden vervolgens terug om weer boven onze buurt te
hangen. Hoofden uit haastig opengeschoven ramen, opgewonden stemmen, rumoer uit
de belendende straten.
Toen ik de stadsradio aanzette, hoorde ik dat er oorlog was
uitgebroken in de stad. Oftewel de kroning van Beatrix der Nederlanden. In het
centrum speelden zich taferelen af 'die uit een film van Fellini afkomstig
kunnen zijn', riep een overslaande mannenstem uit de keukenradio.
'Dagjesmensen, plezierbootjes met parasols in de Amstel voor hotel l'Europe,
terwijl honderd meter verder bij rederij Kooij op het Rokin een veldslag
ontstaat!' De stem leek op die van een voetbalcommentator zodra hij riep dat
'nu de etalagepoppen van V&D door de lucht vliegen, de ME rukt op,
traangas, geschreeuw, geren. Kijk nou toch… Muziekkorps Excelsior uit
Spakenburg (of zoiets) loopt de Reguliersbreestraat uit zo de vechtende kluwen
in'.
Mijn aandeel in die bewogen dagen? Ik was jong en vond het
spannend, maar mijn politieke bewustzijn ging niet verder dan luisteren naar
radio Noordzee en wat muziek maken in bandjes. Onderzoeksbureau Motivaction zou
mij in die tijd ongetwijfeld een voorloper van de 'platte spanningzoeker'
genoemd hebben, maar die moeten er ook zijn, denk ik dan. Ik kende ze wel, de
politieke jongens. Neem Sjoerd van K., een Amsterdamse politicoloog van de
Pacifistisch Socialistische Partij, die daarnaast ook veel tijd besteedde aan
zijn bandje The Free waar hij de
zanger van was.
Politieke acties deed hij veel samen met zijn compaan Erik
S., een Rotterdamse revolutionair met woeste baard en lid van de Rode Jeugd. Op
zijn sombere dagen liep hij de teksten te prevelen van de Russische anarchist
Kropotkin. Waarschijnlijk had het er mee te maken dat hij als arbeidersjongen
een cultuurshock had opgelopen aan de universiteit waar hij mocht studeren.
Ze werden door hun gevatte een-tweetjes al gauw de Snip en
Snap van het actiewezen genoemd. Toen ze hun sigaren uit Havanna lieten
opsturen 'om de tabaksboertjes te helpen' begreep ik dat de tijd veranderde.
Beginnend snobisme is de aankondiging van een andere mentaliteit – voor zover
Margaret Thatcher die niet al eerder had geïntroduceerd. Want Cuba en zijn arme
boertjes zou ze een worst wezen, meende ik te weten. Ze waren klaar voor het
grote werk.
Na hun jarenlange geworstel met Marx en Engels, mocht ik
kennis maken met een 'nieuwe sociale kwestie' waar ze door geobsedeerd waren
geraakt: carrière maken. Ten koste van wie en wat maakte niet uit. Door hun
langdurige studie en politieke fratsen hadden ze echter een gat in hun cv, maar
ze slaagden erin om enkele op drift geraakte private en verzelfstandigde
organisaties op het terrein van het bankwezen en de woningmarkt weer veilig
terug te brengen in handen van de overheid. Exact zoals het ze is aangeleerd in
hun jonge linkse jaren.
Kretz
Kretz